I : Jezus wordt ter dood veroordeeld en uitgeleverd.
II : Jezus neemt het kruis op zijn schouders.
In quo est salus, vita et resurrectio nostra. Daarin bevindt zich ons Heil, ons leven en onze verrijzenis.
III : Jezus valt voor de eerste keer onder het kruis.
IV : Jezus ontmoet zijn bedroefde moeder.
En in zonden ontving mij mijn moeder. Et in peccatis concepit me mater mea ! (Ps. 50,7)
Niet mijn wil geschiedde, maar die van God. Non mea voluntas...(Lc. 22,42)
V : Simon van Cyrene helpt Jezus het kruis dragen. Operate et veritate...In daad en in waarheid.
VI : Veronika droogt Jezus het heilig schijn af.
VII : Jezus valt voor de tweede keer onder het kruis. For them !
VIII : Jezus ontmoet wenende vrouwen (with expaning hearts). Bene Omnia Fecit (Mc. 7,37) Hij heeft alles wel gedaan.
IX : Jezus valt ten derde male. Omnia in Bonum. Alles strekt ten goede. Mijn hart is ontsteld. Een worm ben ik als water dat wegloopt mijn gebeente ontwricht.
X : Jezus wordt van zijn klederen beroofd. IPSE CHRISTUS - Christus zelf te zijn.
XI : Jezus wordt aan het kruis genageld. Vader, vergeef het hun, want ze weten niet wat ze doen.
XII : Jezus sterft aan het kruis.
XIII : Jezus wordt van het kruis genomen.
Sancta Maria, refugium nostrum et virtus, Onze Lieve Vrouw, Gij zijt mijn toevlucht en mijn kracht.
XIV : Jezus is in het graf gelegd. Kan een vrouw soms haar zuigeling vergeten, zich niet ontfermen over het kind van haar schoot ?
En al zou zij het vergeten, Ik, vergeet je nooit (Is. 49,15) Empti enim estis pretio magno ( 1 Kor. 6,20) jij en ik zijn voor een grote prijs gekocht.
